Skip to content
Prinsjesdag

Belastingplan 2023

Prinsjesdag staat dit jaar volop in het teken van koopkrachtreparatie en compensatie voor de energieprijzen. Daarnaast zijn in het Belastingplan 2023 de nodige belastingmaatregelen voor komend jaar en de middellange termijn gepresenteerd. Graag informeren wij u over een selectie van de voorgenomen belastingmaatregelen die gepland staan voor 2023 en de jaren daarna. De Tweede en Eerste Kamer zullen dit jaar nog stemmen over de plannen.

Inkomstenbelasting
Het kabinet beoogt enkele wijzigingen binnen de inkomstenbelasting, waaronder:
• Vanaf 1 januari 2023 gaat het tarief in de eerste schijf van 37,07% naar 36,93%. Het tarief in de tweede schijf blijft ongewijzigd 49,5%.
• De algemene heffingskorting blijft niet langer afhankelijk van box 1 inkomen maar zal afhankelijk worden gemaakt van het verzamelinkomen: inkomen uit alle boxen. Dit betekent een snellere afbouw.
• De inkomensafhankelijke combinatiekorting voor mensen met kinderen jonger dan 12 jaar wordt vanaf 2025 afgeschaft. Dat betekent dat in 2037 de heffingskorting volledig is vervallen.
• De maximale arbeidskorting wordt flink verhoogd, terwijl de afbouw daarvan bij hogere inkomens ook hoger wordt.
• De zelfstandigenaftrek voor ondernemers wordt versneld afgebouwd ten opzichte van eerdere voorstellen naar € 900 in 2027.

Box 3 herstel- en overbruggingswetgeving
Box 3, hoe zat het ook alweer? Sinds het Kerstarrest van december ’21 is de overheid druk bezig herstel te bieden aan diegene die geconfronteerd zijn met een onredelijke belastingheffing op vermogen. Rechtsherstel vindt automatisch plaats voor de groepen die kwalificeren.

Het belastingtarief zal stapsgewijs verhoogd worden van 31% in 2022 naar 34% in 2025. Ook het heffingsvrijvermogen stijgt van € 50.560 naar € 57.000. De forfaitaire rendementen waarmee in het nieuwe systeem wordt gerekend zijn nu ook voor 2023 vastgesteld. Daarbij geldt het onderscheid tussen banktegoeden, overige bezittingen (zoals beleggingen) en schulden. Voor de jaren 2023 t/m 2025 zal dit systeem gehanteerd worden. Om te voorkomen dat belastingplichtigen overige bezittingen vlak voor de peildatum van 1 januari omzetten in banktegoeden om zo een lagere heffing te realiseren, wordt een arbitrageperiode van 3 maanden geïntroduceerd. Transacties in die periode voor en na de peildatum leiden niet tot een lagere belastingheffing. Het kabinet beoogt vanaf 2026 werkelijke rendementen te gaan belasten in box 3.

Fiscale oudedagsreserve (FOR) afgeschaft
De fiscale oudedagsreserve kan vanaf 2023 niet meer (verder) opgebouwd worden. De tot 31 december 2022 opgebouwde FOR zal volgens de huidige regels worden afgewikkeld.

Middeling afgeschaft
De mogelijkheid tot middelen van sterk schommelende inkomens over drie aansluitende jaren vervalt per 1 januari 2023. Dit betekent dat het tijdvak 2022-2024 het laatste tijdvak is waarover middeling verzocht kan worden. Gelet op de eisen van onherroepelijkheid van de betreffende jaren, is er nog ruim de tijd om middeling over voorgaande en de genoemde jaren toe te passen.

Reiskosten- en thuiswerkvergoeding werknemers
De jarenlange ongewijzigde 19 cent per kilometer onbelaste reiskostenvergoeding wordt verhoogd naar 21 cent per 1 januari 2023. Per 1 januari 2024 wordt dit 22 cent. Het kabinet beoogt hiermee dat werkgevers het duurdere autorijden en openbaar vervoer van werknemers meer kunnen vergoeden. Dit is geen verplichting.

De in 2022 geldende onbelaste thuiswerkvergoeding van € 2 per dag wordt waarschijnlijk slechts geïndexeerd naar € 2,13 voor 2023 – rekening houdend met inflatie. Er komt dus geen wettelijke verhoging.

Box 2: twee schijven van 24,5% en 31%
Het box 2 tarief in 2022 bedraagt 26,9%. Per 2024 krijgt box 2 twee schijven. De eerste schijf loopt tot een inkomen (dividenduitkering, vervreemdingsvoordelen) van € 67.000. Tot dat bedrag geldt een tarief van 24,5%, voor het meerdere geldt 31%.

Gebruikelijk loon DGA’s
Directeur-grootaandeelhouders (DGA’s) moeten onder voorwaarden een gebruikelijk loon genieten uit hun BV. Tot op heden gold een doelmatigheidsmarge van 75% op het criterium van de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Eerder waren er plannen dit naar 85% te verhogen. Nu beoogt het kabinet de doelmatigheidsmarge compleet af te schaffen. Dit betekent dat een DGA vanaf 2023 zichzelf minimaal de hoogste van het wettelijk minimum, het loon van de meestverdienende werknemer of de meest vergelijkbare dienstbetrekking moet uitkeren.

Verhoging tariefopstap vennootschapsbelasting
Het tarief van de vennootschapsbelasting wordt verhoogd. Over de eerste € 200.000 winst geldt een tarief van 19% in 2023. Over het meerdere geldt een tarief van 25,8%. Ter vergelijking: in 2022 was het tarief nog 15% over de eerste € 395.000 en 25,8% over het meerdere.

Jubelton afgeschaft
Het belastingvrij kunnen schenken aan jongeren tussen de 18 en 40 jaar voor de koop of onderhoud van een woning van € 106.671 onder de verruimde schenkingsvrijstelling wordt per 2024 afgeschaft. Voor 2023 geldt dat deze vrijstelling nog één jaar blijft bestaan aansluitend bij de reguliere verhoogde schenkingsvrijstelling van € 28.947. Deze plannen waren al eerder bekend gemaakt.

Overige maatregelen
• Het BTW tarief op zonnepanelen gaat per 1 januari 2023 omlaag van 21% naar 0%. Praktisch gevolg is dat particulieren niet langer de BTW op zonnepanelen hoeven terug te vragen.
• De vrije ruimte in de WKR wordt tot de loonsom van € 400.000 verruimd van 1,7% naar 1,92%.
• Het tarief van overdrachtsbelasting voor niet-woningen gaat omhoog van 8% naar 10,4%.

Heeft u naar aanleiding van deze nieuwsbrief vragen over hoe de maatregelen voor u uitwerken, neem dan gerust contact op met uw relatiebeheerder.

Back To Top